RODE DRAAD DESIGN ACADEMIE EINDHOVEN

Vincent van Gogh bezocht tussen 1883-1884 veelvuldig Eindhoven om zijn materialen te kopen, schilderles te geven en, volgens zijn moeder, de conversatie te vinden waar het hem aan ontbeerde. En ook om met verschillende bewoners te verkeren. Daarnaast tekende en schilderde hij o.a. topografische plaatsen zoals het oude station, de Sint Catharinakerk en ook 4 maal de Genneper Watermolen. Hij schetste het Waaggebouw op de markt in Eindhoven, alwaar zich op de bovenste verdieping de Teekenschool bevond. Een onderdeel van de activiteiten van de Vereniging de Bouwkundige vakken. Hij placht ook in Eindhoven te verblijven om stillevens te schilderen met zijn leerlingen en trok met hen naar schilderachtige plaatsen in de regio.
 
Reeds toen bestond de Vereniging de Bouwkundige Vakken, opgericht op 12 Mei 1874. Het was een vriendenclub van Eindhovense ondernemers. Het was een vervolg op de oude gilden om jonge mensen een ambacht te leren waaronder ook de "kunsten”. Het zilveren regeringsjubileum  van Koning Willem III  was reden om een feestelijke optocht te organiseren. Met praalwagens, muziekuitvoeringen, manifestaties en exposities, waaronder ook een kunsttentoonstelling.
 
Belangrijke bestuursleden waren o.a. J. Hezemans, L.B. Bocholts en J.J. Baijens. Prominent creatief aanwezig was vooral Piet Bockholts. Caspar de Haan was een van de oprichters. Nazaten, zoals Albert Bockholts, zijn per vandaag nog steeds actief als designer, kunstenaar en organisator.  In die tijd al sloegen ondernemers, overheid en onderwijs de handen ineen,  met een flinke dosis cultuur als trekker van de activiteiten. 
 
Vincent van Gogh had in november 1885 de regio verlaten, maar het is kenmerkend dat hij, voor zijn komst en na zijn vertrek, overal verguisd is. Het is opmerkelijk dat hij een receptieve omgeving had leren kennen en zijn onconventionele manier van denken en werken geaccepteerd werden. Later zo karakteristiek geworden voor Eindhoven en als spirit in hoge mate nog steeds aanwezig gebleven. Niet om van Gogh het krediet daarvoor te geven, maar als voorbeeld om "ruimte" te geven aan creatieven om hun gedachtegoed te kunnen communiceren en daarvoor open te staan. 
 
n het bestuur van de vereniging zat als penningmeester Jan Joseph Baijens uit de Regtestraat. We kennen hem als leverancier van schildersmaterialen aan Vincent van Gogh. Zijn vader was al tekenleraar geweest, had een particulier schooltje, was een verdienstelijk decoratieschilder  en daarbij dreef hij zijn schildersbedrijf. Door de gehele historie zal blijken dat de familie Baijens zou blijven borrelen van creativiteit. Jan Joseph Baijens had een belangrijke positie  tussen de notabelen van Eindhovense ondernemers zoals uit de notulen (21-8-1874) uit die jaren zal blijken   en had ook een agentschap in asbest producten van een Londense firma. Jan zou ook nog commissaris worden (10 maart 1892) van de Regelingscommissie Vereniging.
 
Een van de leden was o.a. H.G. van Gardinge (Driekske, zie ook de presentielijst van 21-8-1874 in de notulen van de vereniging), de directeur en docent van de Teekenschool en goed bekend met Vincent. Driekse was in eerste instantie secundair bij A.G. van Dijck (andere leraren waren  van Kooken en Asselberg) en zou later zijn functie overnemen (tot 1906) en uiteindelijk 90 jaar worden. In de van Gogh-tijd verdiende hij nog geen 300 guldens per jaar. Hij werd voor de hand-tekenlessen o.a. geholpen door docent H.A. van der Heijden.
 
1891
Een vervolg-tentoonstelling werd georganiseerd wegens het succes van de eerste manifestatie (in een algemene vergadering van 5 februari 1891: "in de sociëteit-zaal van Joseph van der Harten aan de markt"). Maar de voorkeur ging uiteindelijk naar de zaal en grote tuin van Apollo's Lust aan de Vestdijk, waar Vincent Anton Kerssemakers placht te ontmoeten op zondagmiddagen. Zoals Toon Kers zich herinnerde. Van der Harten had van Gogh goed gekend en hem zelfs in Nuenen op zijn atelier bezocht om naar de collectie vogelnesten te komen kijken.
 
September 1892 wordt door het bestuur van de vereniging  aan enige notabelen gevraagd om zitting te nemen in de "Eere-commisie". Het waren groot-fabrikanten, burgemeesters, wethouders, gemeenteraadsleden en leden van de Provinciale Staten. Onder de 20 personen wordt ook P.A. Hermans genoemd als kunstenaar (die we kennen als de opdrachtgever van Vincent om voorstellen te maken voor een 6-tal decoraties in zijn pand aan de Keizersgracht). Ook A. Kerssemakers, genoemd als kunstenaar/fabrikant en de vriend waarmee Vincent eerder veel optrok, o.a. in Amsterdam, Antwerpen en vele plaatsen in de omgeving zoals de Genneper Watermolen. Deze schilderende leerlooier / tabaks-handelaar zou in 1894 exposeren bij Eef Stoot op het Stationsplein (bijna buurman van Toon Kers). Zijn werken zouden terecht komen in de collectie van het Kempenland Museum.
 
Er zou een wedstrijd komen met prijzen, o.a voor handwerk-nijverheid en "Schoone" kunsten op 30 april 1893. Sinds 1892 zou Dimmen Gestel, als vriend indertijd van Vincent en kunstenaar/lithograaf, klassiek opgeleid in Amsterdam, van de gelijknamige drukkerij zitting nemen als lid van "de Vereniging van Bouwkundige vakken”. Maar zou in 1893 ook zelf exposeren met 7 olieverfschilderijen en 3 aquarellen. Dimmen zou ook de ontwerpen maken van de reclameborden welke in de gehele regio werden opgehangen. Later zullen we hem nog vaak tegenkomen in exposities met Eindhovense kunstenaars.
 
De schoonzoon van Jan Baijens, gehuwd met zijn dochter Wilhelmina, is Louis. Martin zou het bedrijf overnemen en vooraanstaand lid worden van de vereniging (Jan Joseph overlijdt in 1914, vlak voordat nog een tentoonstelling zou worden geopend). 
 
Op de tentoonstelling van 1914 hebben de leerlingen van de ambachtsschool en Gemeentelijke Teekenschool het grootste lokaal. De Teekenschool heeft zelfs een apart "kunstenpaviljoen" (mei 1914) op het terrein van de voormalige MULO aan de Willemstraat.
 
Inmiddels is er de 1e Wereldoorlog. In 1917, als Philips 25 jaar bestaat, wordt wederom akte de préséance gegeven. De crisis tekent zich ondertussen af en het oude vuur en dynamiek is verdwenen. Ondanks dat gegeven komt er toch een voorstel tot het houden van een tentoonstelling voor Kunst Nijverheid en Industrie in 1919. De industrie had grote behoefte aan beoefenaars van de toegepaste kunsten voor producten, verpakkingen en communicatie en slokte de autonome kunstenaars op in hun bedrijven. In 1924 kwijnt e.e.a. weg, zowel qua leden als financiën en zou weer energiek herleven door heroprichting door een aantal initiatiefnemers.
 


 
 

In 1975, wederom door fam. J. en C . de Haan en o.a. Frans Tielemans, J. v.d. Meulen en H. Bossers, en bestaat tot op heden maar dan speciaal voor vakopleidingen als Technische School of zgn.  Ambachtsschool. 
 
In 1929 zijn André en Jan van Bergeijk de oprichters van de Eindhovense Studie- en Tekengroep in het RK Volksbond gebouw op de Wal, met een l.o. akte tekenen als mogelijkheid. Daarna werd de locatie (1930) een zolder in de Bergstraat met leraar Jacques Strouken waarna de leiding werd overgenomen door Kees Timmering. 
 
Leden waren o.a. Karel Vermeeren, Harrie Maas en Jan en Andrea van Bergeijk. In 1931 is een ruimte gehuurd op de sorteerzolder van Romulus Sigarenfabriek en bij Firma Snep & van Piere op de Kruisstraat. In 1932 wordt "de Kempen" opgericht door Kees Timmering. In de jongensschool op de Strijpsestraat 936. Tentoonstelling Kunstzaal Verheugen op de Demer met o.a Harrie Maas, Jan van Bergeijk en Diemmen Gestel die daar o.a. zijn litho de Heikneuter  exposeert.
 
In 1939 zou Jan van Bergeijk naar Curaçao vertrekken. Karel Vermeeren nam de activiteit  l.o. akte tekenen over met Jan Louwers en Jac Aarts. Een Eindhovense tekenclub vestigde zich in het magazijn van van den Hurk in de Gagelstraat en op de foto zien we natuurlijk Karel maar ook Harrie Heinemans, Harrie Pardoel en Peer van den Molengraft. De club verhuisde  in 1942 naar sigarenfabriek Norbert van Reuth,  hoek Willemstraat/Gagelstraat. Die in 1944 tijdens een bombardement zwaar beschadigd werd.
 
Op 13-8-1945 ontstond het Sint Lucasgilde. Op zolder van het distributie-bureau aan ”het College”, vlakbij het huidige stadhuis. Kunstkring de Kempen/Sociëteit Cultureel Contact ging over in de Vrije academie van waaruit de Stichting Kunstzinnige Vorming Eindhoven zou ontstaan.  
 
In 1950 had Renee Smeets contact met de leden van de op te zetten Kunstnijverheidsschool en werd alvast benoemd tot de Avond Academie in voorbereiding van een volledige dagschool en eerste speciaal school voor "Industriële Vormgeving".
 
Tot 1955 zou hij zich bezighouden met zich internationaal te oriënteren, een leerplan te ontwikkelen en leerkrachten aan te trekken. Alsmede de locatie en lokalen voor elkaar te krijgen. In 1955 wordt hij dan ook benoemd tot directeur van de dagschool in het oude stadhuis aan de Rechtestraat. Het zou een 5 jarige opleiding worden. Productontwerpen, 4 jarige product-presentatie en grafisch of textiel ontwerpen.
 
In 1960 volgt de overdracht voor de avondschool aan Hr. v.d. Krogt (A.I.V.E). Door de grote belangstelling maar ook behoefte in de industrie was er een enorme toeloop van studenten en de academie zou zich verspreiden over een aantal locaties omdat het oude stadhuis te beperkt was in ruimte. Er kwamen dependances achter het Augustinianum aan de Dommel en aan een school in "het Hemelrijken". Vele studenten zouden de eindstreep niet halen want haakten voortijdig af. Daar kwam nog bij dat in de  hippie-tijd de prioriteiten niet direct bij het studeren lagen. Dan wel werden overal vraagtekens bij gezet, geprotesteerd en het zelfs docenten onmogelijk gemaakt les te geven. 
 
In 1970, in rustiger vaarwater, zou Wim Gillis (die eerst als leraar college gaf) de directeur worden. Naast de docenten voor de pragmatische en technologie vakken. Omdat men ook alles moest weten over productieprocessen, methodieken en materialen zoals hout, ceramiek, kunststoffen  en methoden, werd vooral onderwezen in de ontwerpvakken esthetische vormgeving, kunstgeschiedenis, communicatie en psychologie. Belangrijk docent was Karel Elno die op de meeste studenten een grote indruk maakte. 
 
Voor de geschiedenis van de Academie voor Industriële Vormgeving zie ook: ”herinneringen aan de AIVE" door Koen de Winter (12 juli 2010) en www.designhistory.nl/2010/herinneringen.
 
Docent voor de autonome richtingen als onderdeel van het lespakket was o.a. Kees Bol, die ook bij Philips was begonnen. Frits Philips  zelve zorgde ervoor dat Kees zich tot kunstenaar kon ontwikkelen. 
Henk Brokken, Karel Vermeeren en een boel plaatselijke kunstenaars met didactische gaven gingen lessen geven. De vrije richting als kunstacademie zou later min of meer verdwijnen door de nieuwe aanpak van de Design Academie waar uiteindelijk ook weer veel kunstzinnige vakken zouden verdwijnen en overgenomen worden door het Centrum voor de Kunsten.  
Ondanks de afscheiding van CVKE van de Design Academy Eindhoven zouden geheel andere vakgebieden nodig worden. Het praktisch jaar werd geschrapt en er was meer focus op conceptuele aanpak. Of de industrie daar behoefte aan heeft zal blijken uit de toekomstige plannen en invulling.  
 
1960
Veel studenten van de Academie voor Industriële Vormgeving kwamen bij de Philips Design afdeling terecht of werkten daar reeds en volgden de avondopleiding. Een van de hoofdontwerpers bij Philips Vormgeving  was Harrie Heinemans. Die we al zagen als binnenhuisarchitect en kunstenaar bij de Eindhovense Tekenclub van Karel Vermeeren en de groep met Peer van de Molengraft en Harrie Pardoel.
 
Harrie Heineman wist voortreffelijk de ideeën van Bauhaus (vorm volgt functie) en de Duitse ULM-school te verbinden met het ontwerpen van klantgerichte producten.  Philips zag het belang van industriële vormgeving sterk groeien voor hun ontelbare producten. Die niet alleen esthetisch verantwoord moesten zijn, maar zeker ook industrieel te vervaardigen, klantvriendelijk te gebruiken tegen een consumenten prijs en dan ook nog eens voor internationale markten bestemd.
Zo zijn daar ontelbare producten gegenereerd en in miljoenen aantallen geproduceerd; echter altijd in anoniem teamverband, maar wel gehonoreerd met internationale design awards en marktsuccesen.  
De afgestudeerde industriële ontwerpers doceerden weer aan de academie maar zwierven ook uit naar andere locaties, zoals de juist opgerichte Faculteit voor Industriële Vormgeving bij TU-Delft, maar zouden ook bestuursfuncties vervullen in "Kring Industriële Vormgeving" in Nederland maar ook internationaal. 
 
 


 
De vrije kunstbeoefening zou zijn eigen weg kiezen, waarbij niet alleen de schilder en tekengroepen ontstonden en een centrum voor de kunsten. Deze plaatselijke kunstenaars waren al lang niet aan bod gekomen. Door de aspiraties van directeur Edy de Wilde van het van Abbe Museum, die na de 2e Wereld Oorlog en pas in 1956 pertinent, geen plaatselijke kunstenaars wilde laten exposeren en zelfs weigerde een heuse aangeboden van Gogh aan te schaffen voor 90.000 gulden. 
 
Zoals Vincent van Gogh indertijd, zat het onconventionele denken en handelen nog diep geworteld in de genen van de stad. Want de kunstenaarsgroep vormde de vereniging van "de Geweigerden” en hielden als protest een tentoonstelling  tegenover het van Abbe Museum in het toenmalige Dommelplantsoen, nu Anne Frankplantsoen geheten.
 
Tentoonstellingsruimte werd gevonden in "de Krabbedans". Uiteindelijk kwam er in 1952 ook een openbare kunstmarkt op Koninginnedag op de markt in Eindhoven. Initiatiefnemer was Jan Kuhr, die 40 jaar doceerde aan CVKE. Helaas verwaterde ook dat na vele succesvolle jaren
 
Opnieuw weer opgepikt (rond de totstandkoming van de buste van Karel Vermeeren) door het Karel Vermeeren Comité na een suggestie van Peter Nagelkerke en met hulp van Hans Flaman en zijn Galerie Flamanart. De onthulling van een buste van Karel Vermeeren was in het ondertussen tot "Karel Vermeeren plantsoen" gedoopte  plantsoen in het hartje van de stad. Op een steenworp van het geboortehuis van Karel. De kunstmarkt die beoogde om de kunstenaar, zijn werk en kunstbewonderaars in de openlucht en in interactie bij elkaar te brengen slaagde geweldig. Mede door de grote variëteit aan schilders-uitingen/stijlen. Maar ook met een breder aanbod van beelden, zang, dichters, literatuur en workshops voor kinderen en volwassenen. Gevestigde kunstenaars presenteren zich met trots en er is een balans voor nieuw talent of onbekenden om hen een podium te bieden. Daarna is een stichting opgericht om het gedachtegoed van Karel levend te houden. Zijn zoon Jacques Vermeeren is de voorzitter, penningmeester is Bart Schellekens en de overige leden Frank Stroeken, Hans Matheeuwsen en Peter Nagelkerke. 
 
Ondertussen heeft de Design Academy wereldwijde faam gekregen. De nieuwe aanpak is voor een groot gedeelte te danken aan Jan Lucassen, alsmede aan zijn ideeën om van Strijp S een creatief broeinest voor designers te maken. Ook het hergebruik van voormalige industriële gebouwen daarvoor kwam als een geschenk. Stichting Trudo nam daar het voortouw in door de visie en daadkracht van Thom Ausems. 

 
Ondertussen heeft de Design Academy wereldwijde faam gekregen. De nieuwe aanpak is voor een groot gedeelte te danken aan Jan Lucassen, alsmede aan zijn ideeën om van Strijp S een creatief broeinest voor designers te maken.
Ook het hergebruik van voormalige industriële gebouwen daarvoor kwam als een geschenk.
Stichting Trudo nam daar het voortouw in door de visie en daadkracht van Thom Ausems. 
 
Ondertussen is er ook het initiatief van plaatselijke ontwerpers om in Eindhoven design-tentoonstellingen te organiseren en de award uitreikingen van Amsterdam naar Eindhoven te halen. Inmiddels een groot succes geworden en uitgemond in "the Dutch Design Week" met internationale bekendheid en aantrekkingskracht.
John Lippinkhof en daarna Hans Robertus hebben dit verder uitgebouwd. 
 
Zelf initieerde ik bij wethouder Mariëtte Mittendorff om cultuur onderdeel te laten zijn in het zgn. Triple Helix (onderwijs, overheid en ondernemers) vervat in de organisatie van Brainport.
Een klankbordgroep werd geïnstalleerd, waar ik voorzitter van mocht wezen. De leden van de groep hadden hun verdiensten in het verleden. 
Echter: Om tot een glad proces te komen was meer nodig.
Alhoewel er een rapportage is gegenereerd, "Connecting the Senses”, met aanbevelingen om cultuur een geïntegreerde rol te laten spelen is dit niet geëffectueerd. 
Erger nog. Zijn de feitelijkheden dat het een onderdeel van Cultuur Totaal Plan is geworden, waardoor in de implementatie veel verloren is gegaan van het opgebouwde culturele erfgoed. Initiatieven zoals de Negende, Kunstlicht Kunstmuseum, Museum Kempenland en Zuidelijk Toneel werden allemaal wegbezuinigd.  
Natuurlijk moet de design activiteit voorop blijven lopen voor de toekomst.
Naar mijn mening zouden de activiteiten van de Design Academy en Tu/e Industrial Design in hun curriculum een Faculty of Senses moeten ontwerpen om de verbindingen van de zintuigen niet alleen te amplificeren met technologie maar mede op de cognitieve werkingen van de hersenen.
Indertijd nam Vincent van Gogh al pianolessen bij organist Hein van der Sande omdat hij meende verband te zien tussen kleur en geluid. Het fenomeen in onze hersenen om die verbindingen te kunnen maken noemt men Synesthesia.
Vooral rond 1850 was daar veel empirisch en cognitief onderzoek naar gedaan; echter verwaterde het rond 1900 omdat het weinig bewijsbaar was.
Ondertussen is dat wel aangetoond. 
Dat lijkt me anno 2012 "the Holy Grail" en evolutie van de design-professie en zal de spirit van van Gogh wederom door Eindhoven laten dwalen of misschien heeft hij zich nog niet gemanifesteerd.  
 
Peter Nagelkerke, Eindhoven oktober 2012. 
 
Geraadpleegde werken: 
EINDHOVEN VERLEDEN TIJD, Karel Vermeeren;
EINDHOVEN TOEN EINDHOVEN NOG EINDHOVEN WAS, Karel Vermeeren 1977;
EINDHOVEN TUSSEN KOUS EN GLOEILAMP, Karel Vermeeren 1976;
HARRIE PARDOEL, EEN VERTELLER IN KLEUREN, Peter Thoben;
PEER VAN DEN MOLENGRAFT, EEN SCHILDERSLEVEN, Peter Thoben;
ODE AAN EEN CHRONIQUEUR, Willem van der Sommen 1999;
VERENIGING DE BOUWKUNDIGE VAKKEN TE EINDHOVEN, Ed Marcelissen 1982;
VAN GOGH EN EINDHOVEN, Peter Nagelkerke en Willem van der Sommen 2012;
REGIONAAL HISTORISCH CENTRUM, archief Karel Vermeeren.





 
 
PRINSES MAXIMA OPENT 10e DUTCH DESIGN WEEK
MET HANS ROBERTUS, DIRECTOR DUTCH DESIGN WEEK -

(de foto is gemaakt door Norbert van Onna)

VINCENT EN RODE DRAAD TOT DESIGN ACADEMY

Ingezonden reacties

Interessant cultureel historische vervlechting.

Wat een titanenklus! De geest van Bauhaus en De Stijl leeft voort! Ook voor hen was "synesthesia" een sleutelbegrip. Met zo'n faculty zou Eindhoven niet alleen een prominente rol kunnen spelen, maar zelfs een vooraanstaande plaats kunnen krijgen in de cultuurgeschiedenis.
  
Bedankt voor dit mailtje met info. De afgelopen weken ben ik ook zeer intensief bezig geweest met familie onderzoek. Een meneer uit Venlo belde mij op ,dat hij een schilderij van P. Bockholts in bezit had gekregen nadat 3 weken geleden zijn vader was overleden en zijn woning leeg gehaald is. Deze man: Jeroen van der Linden wist niets van P. Bockholts en had mij op internet gevonden en uitgenodigd om bij hem informatie te geven. Hij vertelde daarna dat er binnen zijn familie meer kunstwerken van P. Bockholts waren. Toen heeft hij van zijn oom Wil van der Linden (broer van zijn vader) gehoord, dat zijn oma een nichtje was van Piet Bockholts. Inmiddels weet ik hoe die familieverhoudingen in elkaar zit en dat er mogelijk nog informatie uitkomt over de samenwerking van kunstenaars die ook bij de TEEKENSCHOOL gewerkt hebben. Misschien ook interessant voor jouw zoektocht."
 
Weet je dat van Vincent een schets is van het Eindhovens kanaal met de Catherinakerk op de achtergrond? Getekend vanaf mijn veranda die destijds rondom mijn huis was.
 
Prachtige opening op de geschiedenis van Eindhoven en zeer relevant voer voor de toekomst. Onconventionele creativiteit is voorwaarde die innoveert. Zal ik je binnenkort weer eens opzoeken en zien waar de raakvlakken tot concrete daden moeten c.q. kunnen geraken?
 
Heel veel dank voor je mooie artikel, waarin de historische rode lijn tussen Vincent en de Design Academy nader wordt verklaard.
Ik ben nog in het bezit van een boekje over de Schetsclub van Harrie Maas.
Wist jij trouwens dat het Van Abbe museum al in 1952 een expositie aan Vincent 
heeft gewijd? 
Wist jij dat de Van Goghs oorspronkelijk uit Eindhoven kwamen?
Wist jij, dat de oude heer Schellens (trijp fabrikant en schoonvader van ene Mignot) toen deze aan de Parklaan woonde, de kleine roodharige man, die met een kar vol tekeningen vanuit Nuenen bij hem aan de deur kwam, deze als een landloper wegstuurde.
De heer Schellen had namelijk al enige Toorops en Israels in zijn statige salon hangen en daar vond hij de tekeningen van die vreemde vent niet bij passen......
Wist jij dat de nazaten van Vincents' oma Elisabeth van Gogh-Vrijdag hier ook nog wonen.
Hierbij toegevoegd stuur ik je twee originele opnamen van mijn grootvader.
Je mag beide gebruiken voor je site (deze zijn door mijzelf gescand, dus zonder
Eindhoven in beeld-logo of zwartwit-bewerking).